dinsdag 1 december 2009

Landbouw op de kaart

Voor wie nog een Sinterklaas cadeau zoekt: De Landbouwatlas van Nederland kan ik aanbevelen. Een mooie hoeveelheid kaarten die een goed beeld geven van de landbouw in Nederland en in de wereld. De kaarten zien er fraai uit, komen uit allerlei bronnen en brengen nieuwe inzichten.
De eerste kaart van de atlas is illustratief: bedrijven op de kaart van Nederland naar vrij exacte locatie (zodat je de lijnenpatronen in de polders en de Veenkolonien herkent) en een grafiekje van het aantal bedrijven sinds 1904. Ik had me nooit zo duidelijk beseft dat in de jaren dertig het aantal bedrijven verdubbeld is van ruim 200.000 naar bijna 500.000 en dat we die stijging door de depressie pas eind zestiger jaren weer hadden weggewerkt toen die groep boeren met pensioen was. Ook de kaarten over natuurlijke omstandigheden (kans op vorst in de bloesemperiode, windsnelheden) en water zijn geweldig. En die van ziekten en plagen: waar was ook al weer de varkenspest, waar liepen bse-koeien, en ook de Q-koorts heeft de atlas nog gehaald.

Verder is de atlas een staalkaart van wat er met moderne satelieten en geo-informatie mogelijk is: perceelskaarten, de biomassaproductie per perceel op een dag in juli 2006 en de tarwe opbrengsten per perceel in 2008.

De kaarten zijn van begeleidende tekst voorzien, wat een goed idee is. Hier en daar leidt dat tot een onderzoekersopmerking die ik niet zo opgeschreven zou hebben, maar dat neem ik op de koop toe want elders heb ik er van geleerd (p. 120: "EU subsidies zijn niet meer direct gekoppeld aan de productie; wel indirect vanwege historische rechten". Dat is een bijzonder gebruik van het woord indirect. In verschillende landen heeft men intussen echter een flat rate en dat direct / indirect slaat bij economen op het feit of het de productie beinvloedt, c.q. direct inkomen is, en indirect op productie-stimulerend, niet op de tijdsdimensie bij historische rechten).

Natuurlijk hebben de auteurs arbitraire keuzes moeten maken. Het fotomateriaal had van mij hier en daar vervangen mogen worden door nog een extra kaart of een goede grafiek, maar dit zal commercieel wel aantrekkelijk zijn. Verder zou ik sommige kaarten graag groter zien (de polderkaart van West8 bijvoorbeeld op p. 29) terwijl sommige bestuurlijke kaarten (zoals op p.28 van de waterschappen) dan wel wat kleiner hadden gekund. Bij sommige legenda's was een iets groter en minder vet lettertype wel lekker geweest, voor de oudere lezer (die toch deels de doelgroep is).

De kritische lezer spoort natuurlijk altijd naar foutjes maar ik heb er maar twee kunnen vinden. Op een uit de LNV atlas van 1959 overgenomen kaart van landaanwinningen (pag. 37) die overigens niet veel toevoegt aan de West8 kaart, staat Oostelijk Flevoland ingekleurd als landaanwinning tussen 1900-1950. Ik (1955) vertel altijd dat ik er gewoond heb, maar te oud ben om er geboren te zijn: de dijken gingen in 1957 dicht en kort daarna viel het droog. Ik kan me niet voorstellen dat LNV dat in 1959 zo heeft ingekleurd.

Een goed idee is om ook veel aandacht te besteden aan de agrarische industrie. Daar zijn minder databestanden voor het grijpen. Dat leidt er toe dat bv. het kaartje van de aardappelverwerkers (p. 95) zich beperkt tot de hoofdkantoren (eenvoudig te zien omdat de McCain vestiging in Lewedorp naast de A58 ontbreekt), terwijl een paar pagina's verder de suikerfabrieken wel per vestiging worden weergegeven. Niet eens een fout als wel een inconsistentie waar niet tegen gewaarschuwd wordt.

Maar voor een zo omvangrijk project zijn dat maar kleine zaken. Wat overheerst is een mooi tijdsbeeld met kaarten waar je uren naar kunt kijken. Je gaat vanzelf bladeren om de kaart van de windsnelheden te vergelijken met de locaties van de moderne windmolens (inderdaad: inconsistent).
Kopen dus en in de zak van Sinterklaas ermee! Bijkomend voordeel: er zijn veel rijmwoorden op atlas en kaart.

1 opmerking:

willem zei

Beste mensen, de atlas is te bestellen via www.landbouwatlas.nl maar ook via bol.com en
in de boekhandel.