dinsdag 2 maart 2010

Meer economische aardrijkskunde

Oktober vorig jaar begon ik hier een serie over economische aardrijkskunde. Althans, dat was ik van plan want ik bleef steken bij de introductie van een handboek en een bijdrage over het feit dat afstand verdwenen is en locatie dus allesbepalend. Daarna kwamen er actuelere zaken en het boek kwam op de stapel. Nu een poging om het serietje af te maken. Vergezeld van nostaligische reisfoto's.
Paul Krugman legt in het Oxford Handbook of Economic Geography nog eens uit dat de oude Marshall (1890) al de drie belangrijkste redenen uitschreef voor de plek waarop de industrie zich vestigt. In moderne termen:
  • koppelingen naar voren en achteren in de keten
  • 'dikke' markten voor gespecialieerde kennis en vaardigheden
  • technologische overloop: de spill over waardoor je profiteert van kennis die de ronde doet in het gebied.
Krugman beklaagt zich wel dat de economen zich met hun modellen (vaak 2 locaties, 2 producten) zich vooral richten op datgene wat het makkelijkst te modelleren is, niet per definitie op wat het belangrijkst is in de praktijk. Een soort MacNamarra fallacy dus.
In hetzelfde paper het fraaie ijsberg -transportmodel van Paul Samuelson uit 1952. Die afstand  en transportkosten eenvoudig modelleerde als een daling van waarde van het product. Zodat hij niet een hele trransportsector hoefde uit te schrijven.

Paul Krugman:Where is the 'New Economic Geography'? in Clark et al.: Oxford Handbook of economic geography, 2003

Geen opmerkingen: