donderdag 22 juli 2010

4 steden voor de toekomst.

Het CPB heeft een scenario studie uit naar de toekomst van onze economie in 2040. Die gaat vooral over steden, want daar zit de economie. Er zit heel veel mooi materiaal in de studie, over onze positie in de wetenschap (actueel dezer dagen rond Oss, in de agrarische wetenschap zitten we in de top-5 en worden relatief zeer veel geciteerd), over waar alle onderdelen van de Volvo S40 vandaan komen, gezien de globalisering en verbluffende cijfers over de stadsontwikkeling in Nederland in de 17e eeuw, en hoe rijk dit land toen al (relatief) was. Dat allemaal om materiaal aan te leveren voor een scenario-analyse.
Die is opgebouwd rond de verdere ontwikkeling van de ICT: als de nadruk ligt op de CT, dus op lage communicatiekosten, dan krijg je veel specialisatie en kun je makkelijk een specialist ergens anders in de wereld raadplegen. Steden worden dan geen klonen van elkaar, maar de financiele sector zit in Londen en de Food Industry in Nederland. IT in India of Californie.
Als daarentegen de IT vooral de nadruk krijgt dan stoppen we veel werk in de computer en kan 1 persoon relatief veel taken uitvoeren. Bij de bank kunnen we met 1 loket af voor verzekeren en beleggen. Het CPB team heeft die onzekerheid gemixt met de omvang van steden (die daar m.i. mogelijk niet helemaal onafhankelijk van is maar dan duiken we erg in de economische geografie) en komt tot vier typen steden:

* Talent Towns zijn kleine, sterk gespecialiseerde steden met een wereldwijd netwerk van verbindingen. Dit biedt kansen voor gespecialiseerde werknemers, maar kent ook een grote mate van onzekerheid en concurrentie.


* Cosmopolitan Centres zijn grote gespecialiseerde steden die uitblinken in nieuwe technologie. Werknemers profiteren volop van interacties en bewegen vanuit de hele wereld naar de stad van hun specialisme.

* Egalitarian Ecologies zijn kleine steden die een breed scala aan goederen en diensten produceren aangepast aan plaatselijke voorkeuren. Werknemers opereren zelfstandig, gebruikmakend van wereldwijd beschikbare kennis en informatie.

* Metropolitan Markets is een scenario met enkele megasteden. Deze steden hebben grote aantrekkingskracht op bedrijven en werknemers wat ten koste gaat van de periferie.

Voor de agrosector en platteland zou het ook nuttig kunnen zijn om te doordenken wat dit voor de ommelanden van de stad betekent. Niet alleen voor de food-industrie maar ook voor de vraag naar recreatie en natuur: stel dat Amsterdam zich als Cosmopolitan Center specialiseert in multi-media content en creatievelingen, zouden die mensen dan ook een relatief homogene voorkeur hebben voor een bepaald recreatiegedrag (liever naar het virtuele bos dan naar de vinkeveense plassen?). Omgekeerd: welk stadsbeeld past bij onze metropolitane landbouw? Of is dat allemaal te simpel ?
 
Efin: wie de studie wil lezen, hier is de link: http://www.nl2040.nl/
En nog een mooie quote van JFK die de studie hanteert om de kunst van scenario-schrijven te verdedigen: Change is the law of life. And those who look only to the past or present, are certain to miss the future.
 
Bas ter Weel, Albert van der Horst en George Gelauff: The Netherlands of 2040. CPB, 2010.

1 opmerking:

AgrariNet zei

Heb pas een artikel gelezen over "urban agriculture", (stad boerderijen) waar op platte daken van gebouwen, in stedelijke gebieden aan landbouw gedaan werd.