vrijdag 5 augustus 2016

Minsky moment, Citroenen en informatie-asymmetrie

Een aanvulling op de serie over de geschiedenis van het economisch denken, hoewel ook weer niet echt, voor een signalering van een goed verhaal in The Economist van 23 juli. Het huisblad komt de zomer door met een serie over relevante economische theorieën. De eerste gaat over informatie-asymmetrie. Met natuurlijk Akerlofs Nobelprijs winnende paper over de markt voor citroenen (Lemons), het nut van signaleren, moral hazard en principal-agent theorie. Mooier opgeschreven dan ik het zou kunnen dus hier is de link.

En in de editie van afgelopen week (30 juli) gaat het over Minsky’s Moment. Een term die Hyman Minsky niet zelf verzon, maar na zijn dood door Paul McCully van PIMCO werd bedacht. Of wel een crash. In een periode van stabiliteit in de economie, met mooie groei, wordt de basis gelegd voor de crash. Kondratieff-volgers wisten dat al, maar Minsky legde uit waarom: je hebt drie soorten financiering. De ‘hedge financing’ waarbij er niet meer geleend wordt dan je uit de toekomstige cashflow aan rente kunt betalen en kunt aflossen. Vrij risicoloos dus. Daarnaast heb je de speculatieve financiering, waarbij de cashflow wel de rentelasten kan dragen, maar de lening zelf moet worden doorgerold. Zolang het goed gaat met de economie lukt dat ook nog wel. En daarnaast heb je nog de Ponzi-financiering, waarbij je nieuwe inleg (leningen) nodig hebt voor de rente. Te hoge verwachtingen rond toekomstige groei zorgen voor steeds risicovollere financiering en als dat even niet wordt waargemaakt, is er een tipping point waarna ook de basis onder minder risicovolle financieringen wegvalt.  Minky overleed in 1996, te vroeg om bij leven erkenning te krijgen voor zijn inzichten. Daar was een crisis voor nodig. 

Geen opmerkingen: